Doe de ruwvoer quiz

 

 

Wat weet jij van ruwvoer?

Doe de quizzzz!

 

Pony's houden van gras. (Daarom krijg je dat neusje nooit meer omhoog als hij in die pollen duikt!) Zijn lijf is gemaakt voor gras en hooi, met m e t e r s darmen om die te verteren. Wat weet jij al van zijn dagelijkse ‘Happy Meal’? Doe de test!

 

1 Komt ie! Welk voer is geen ruwvoer?

A Gras

B Hooi

C Brokjes

 

2 Nu maken we het wat moeilijker. Hoeveel ruwvoer heeft je pony nodig?

A Dat hangt ervan af hoe dik hij is!

B Ongeveer 1 tot 1,5% van zijn gewicht. Als hij 300 kilo weegt, is dat 3 tot 4,5 kilo. Dat is ongeveer 15 tot 22 kilo gras (dat voor ongeveer 80% uit water bestaat) of ongeveer 4 tot 6 kilo hooi (dat voor ongeveer 20% uit water bestaat).

C Gewoon een flinke pluk hooi is wel genoeg.

 

3 Naast ruwvoer krijgt je pony vaak ander voer, zoals brokjes. Hoeveel ruwvoer hoort in zijn dagelijkse menu?

A Ongeveer 70 tot 100% ruwvoer per dag. Dat hangt af van bijvoorbeeld zijn conditie en arbeid.

B 0 tot 20%. Brokjes zijn belangrijker, want dat is krachtvoer. Het woord zegt het al!

C Fiftyfifty. De helft ruwvoer en de helft krachtvoer, dat is ideaal.

 

4 Wat kun je je pony het beste eerst geven, ruwvoer of krachtvoer?

A Dat maakt niet uit. Wat handig is.

B Eerst ruwvoer geven is beter.

C Eerst krachtvoer, dat vindt hij het lekkerste.

 

5 Hoeveel keer per dag moet je je pony voeren?

A Dat ligt eraan hoeveel tijd je hebt.

B Eén keer per dag is prima.

C Hoe vaker je kunt voeren, hoe beter.

 

6 Wat is een slowfeeder?

A Dat is een pony die heel langzaam eet.

B Een hooibak of hooiruif met een net of rek eroverheen, waardoor pony's langzamer eten.

C Dat is een eigenaar die er wel heel lang over doet om de paarden te voeren!

 

7 Wat is dat eigenlijk, hooi?

A Dat is vooral gemaaid en gedroogd gras met soms wat andere planten erin.

B Hooi is eh…, ja wat is hooi eigenlijk?!

C Hooi is een soort nepgras uit de hooifabriek.

 

8 Waarom is het belangrijk dat je pony zo vaak mogelijk ruwvoer kan eten?

A Omdat hij zich anders verveelt.

B Omdat hij anders te dun wordt.

C Omdat zijn spijsvertering is gemaakt voor een doorlopende stroom van ruwe en vezelige

grassen.

 

9 Welke van deze zinnen is niet waar?

A Na een winter met hooi kan ik mijn pony prima een hele dag op het gras zetten. (Het is toch een planteneter?!)

B Het is altijd goed om mijn pony een paar dagen tot een week de tijd te geven om te wennen aan ander ruwvoer.

C Een oudere pony heeft soms ander ruwvoer nodig dan een jonge pony.

 

10 Vul de zin aan!

A Het belangrijkste voer heet . . . v . . .

B Voorbeelden van ruwvoer zijn . . a . en h . . .

C Als mijn pony extra stofjes nodig heeft, kan ik naast ruwvoer k . . . . . . . r geven.

D Mijn pony heeft ook de hele dag liters . . t . . nodig.

E Een paard is een herbivoor. Dat is een duur woord voor een pl . . . . net . r

F Hooi is eigenlijk g . . . . . . d gras.

G Mijn pony eet per dag wel 1,5% van zijn gewicht aan r . . . . . .

H Met zijn neus in het gras duiken en eten heet g . . . . .

 

Antwoorden

Hoe ging het? Weet je alle goede antwoorden? Check ze hier! Ennehhh... niet stiekem tussendoor spieken he?